Vraag en antwoord kaarten worden ontzettend veel gebruikt in Engels sprekende landen, vooral in de Verenigde Staten en Engeland, waar ze flashcards worden genoemd. Een populaire en effectieve leermethode.
Wat zijn het?
Het zijn kleine horizontale kaarten waarop we specifieke thema’s, een woord, de naam van een stelling, een formule, etc. schrijven op de voorkant en het antwoord op de achterkant. Zo makkelijk is het.
Hoe werken flashcards?
- Schrijf: Je schrijft een vraag op de voorkant van de kaard en het antwoord op de achterkant.
- Stel vragen: Stel jezelf vragen kaart voor kaart.
Een paar tips:
- Gebruik je kaarten op twee manieren: lees de vraag en probeer het antwoord te vinden en draai het dan om. Lees eerst het antwoord en probeer dan de bijbehorende vraag te bedenken.
- Probeer niet direct naar het antwoord te kijken als je het niet zeker weet, want de moeite die je neemt om het antwoord te vinden zorgt ervoor dat het uiteindelijk nog dieper in je geheugen blijft hangen.
- Ontdek de OXFORD FLASH 2.0 vraag en antwoord kaarten: 12 kleuren, 2 formaten en 3 soorten liniëring.
Leer je flashcards effectief door gespreide herhaling
Onderzoek toont aan dat het brein sommige dingen sneller vergeet dan andere en, specifieker, vergeet het ongebruikelijke dingen en onthoudt de gebruikelijke dingen. Regelmatig dezelfde informatie bestuderen versterkt de connecties tussen neuronen en zorgt ervoor dat je informatie sneller weer weet.
Nu we dit allemaal weten, weten we ook wat we moeten doen om toetsen te halen: regelmatig studeren en herhalen om zo dingen te kunnen onthouden.
Om dit te kunnen doen, wordt vaak de Leitner leermethode gedaviseerd, ontwikkeld door wetenschappelijk journalist Sebastian Leitner in de jaren zeventig. Het is een van de meest effectieve leermethoden gebaseerd op het principe van gespreide herhaling, bestaande uit het spreiden van je leerwerk en het werken in sessies, wat tijd vrijhouden tussen sessies door om zo beter te kunnen onthouden. Met andere woorden, het doel is om vaker te bestuderen wat je niet zo goed begrijpt en de informatie die je wel begrijpt aan de kant kunt leggen.
Goed onthouden over deze methode:
- Het is eenvoudig op te zetten en heel effectief.
- Je onthoudt dingen voor eens en altijd.
- Je bespaart een hoop tijd omdat je focust op de kaarten die je nog niet geleerd hebt.
- Je kunt grote stukken informatie studeren.
- Je studeert zonder vermoeiend en nutteloos informatie te proppen.
- Je kunt alleen studeren of met vrienden.
Nog specifieker, met de Leitner leermethode …
- Maak je je FLASH 2.0 vraag en antwoord kaarten (bijvoorbeeld: een vraag op de voorkant en het antwoord op de achterkant.)
- Als je deze kaarten af hebt, maak je 5 dozen (waar je je kaarten in kunt doen) en nummer je deze van 1 tot 5. Ieder doos hoort bij een andere studeer frequentie. Bijvoorbeeld: doos 1 leer je iedere dag, doos 2 iedere twee dagen, doos 3 iedere drie dagen en zo verder. Het is aan jou om de frequenties per doos te bepalen. Het beste is om ze steeds een beetje verder uit te spreiden.
- De eerste studeer sessie: Stop alle kaarten in doos 1. Neem een kaart en probeer deze te beantwoorden. Als het antwoord juist is, gaat de kaart in doos 2. Als het niet goed is, blijft de kaart in doos 1, onder op de stapel.
- De volgende studeer sessies: Hetzelfde principe. Als het antwoord goed is, gaat de kaart in een ‘hogere’ doos. Als het antwoord fout is, gaat de kaart terug naar doos 1.